Bij stamopbouw staat de kweekvisie centraal, om van een stam te spreken moet men eerst jarenlang kweken om het een stam te kunnen noemen. In 2013 ben ik in contact gekomen met Nico van Veen uit Meppel, hij is beter bekent als “ De duivencoach “. In het najaar van 2013 kwam hij mijn duiven “keuren”, en raakte wij in gesprek over goede duiven, en hoe die te kweken. Al snel bleek dat wij dezelfde visie hadden betreffende het kweken van topduiven, deze komen namelijk vaak uit bepaalde lijnen die keer op keer en met tussenpozen goede vliegers geven. Een van die lijnen had ik al op mijn hok, en dat was de lijn van het “Betuwe Koppel” van Gerrit Veerman uit Volendam. Deze lijn is opgebouwd uit 2 duiven van Jan Peters uit Bemmel , waar ik sinds 2008 al enkele jonge duiven ging halen, meestal bestaat een basislijn uit 2 verschillende rassen , maar dit Betuwekoppel heeft als basis enkel Jan Peters, en is dus al zwaar ingeteeld door Gerrit Veerman. Dat is misschien de reden dat de kruisingen die gemaakt worden met die Betuwelijn nakomelingen zo enorm goed “pakken ” in de vererving.

Ik ken op dit moment geen enkele lijn, die meer goede vliegduiven op de wereld heeft gezet als de nakomelingen van dit koppel : genaamd Petertje x Agnes = Het Betuwe koppel. Ik raakte zeer onder de indruk van de prestaties die hun nazaten lieten zien, en heb daarom contact gezocht met Gerrit Veerman, die met name in Noord Holland veel van deze lijn had uitstaan. Met name de gebroeders Toon en Piet Jacobs uit Nes a/d Amstel hadden sinds 2004 hun hok grotendeels opgebouwd met 1 nakomeling van dit Betuwe koppel en wel de NL 2004-1855621, ook wel de Super Barca 621 genoemd. Naast en zeer goede vlieger is deze 621 ook een geweldige kweker, die gekruist aan het soort van de gebroeders Jacobs geweldige vliegers gaf, en dit in de 1^e 2^e en 3^e generatie. Samen met zijn vaste duivin 2005-1187619 zijn hier talloze goede duiven uit voortgekomen.

Bij het hok Jacobs zat nog een topvlieger en vererver van wereld formaat “De Mont Ventoux “ 2001-1645340 en komt uit de oude Bollebaker / Jan van Schaik lijn van Jacobs  .De vaste duivin van super Barca 621 , de 2005-619 komt ook uit deze lijn. De 3^e duif van de gebroeders Jacobs die mijn aandacht trok was 2008-1347735. “Zus Barry” heb ik ze genoemd. Ze is een volle zus van Barry die bij Verweij / de Haan de vader van Ballotelli werd. Deze duivin Zus Barry heeft zelf niet gevlogen maar vererft fantastisch, en haar nakweek is super. Deze directe nazaten van deze 3 duiven van Jacobs gaan bij mij als KWEEKLIJN 1 dienen  .

KWEEKLIJN 2 komt van Detlef Devers uit Wesel Duitsland. Voorheen speelde hij onder de naam Bauhaus Devers. Deze man vloog 6 x een 1^e nationaal in Duitsland op de internationale vluchten met een afstand die verder is als die van mij. Hij deed dit met een ingeteelde stam die jaar op jaar superprestaties neerzet zonder al te veel op te vallen in het commerciele duivenwereldje. Ik heb hem in 2013 en 2014 bezocht en heb ieder jaar 1 jong gekocht uit 06793-06-2017 “Patrio”       1^e nationaal en 10^e internationaal Perpignan 2011    X   06793-10-618  “Die 618” 1^e nationaal St. Vincent en 1^e internationaal duivinen 2012. Beide duiven hebben een grootvader die ook een 1^e nationaal vliegt : 1^e Nationaal Marseille 2001 en 1^e nationaal Dax 2003. Een broer van deze grootvaders vloog 1^e nationaal Perpignan 1997 en een halfbroer werd 1^e internationale Asduif Barcelona 2006 / 2008  . De 06793-10-618 is in mijn ogen de beste duivin die ik ooit heb mogen bewonderen, formidabel. Ik heb dus een doffer van 2014 en een duivin van 2013 op mijn kweekhok als basis lijn.

Kweeklijn 3 komt van Jelle en Ultsje Jellema En dan met name die duiven van Jellema waar de Rika van Arjan Beens in gekruist zit. Net zoals bij Devers die 618 een super duivin is , zie ik dat ook bij de Rika van Beens, zij werd gekweekt uit 2 zuivere Jellema duiven, maar vererft formidabel in meerdere generaties. In 2014 heb ik van het hok Ultsje Jellema 2 duivinnen gekocht : 1 kleindochter van Zwart Goud die een 10^e NPO Limoges vloog in 2014 : 2011-1167038, zij is een kruising die ik voor ogen heb , alleen gekweekt door Jellema , haar vader is een zoon super 36 van Jan Peters , die ook vader is van Petertje , de doffer van het Betuwe Koppel,  X  een dochter uit de Super Barca 621 x zijn vaste duivin 2005-619 beide van Gebr. Jacobs uit Nes a/d Amstel. De moeder van deze duivin is een dochter van Zwart Goud  X Zus van Orion en Saffier. Deze duivin paste perfect in mijn kweekvisie en moest gekocht worden.

De 2^e duivin is de beste jaarling in 2014 van Ultsje Jellema en tevens zijn favorietje. Zij vloog als jaarling de 23^e NPO Bergerac en de 51^e NPO Ruffec 2014 , haar vader was Ramses die in 2014 de 21^e NPO Ruffec en de 66^e NPO Bergerac vloog als 2 jarige. Zij vader is Zoon Rika 718 die al kinderen heeft gegeven die 6 keer bij de 1^e 100 NPO vliegen , terwijl hij pas 6 jaar oud is, en ook in de 2e en 3^e generatie kopvliegers doorgeeft, hij stond toen gekoppeld aan Kiara een dochter uit Zwart goud x de 02 van Jellema. De moeder van dit duivinnetje is een dochter van de Bergerac doffer x dochter van Orion. Ook dit duivinnetje moest gekocht worden omdat er in een zeer kort lijn van 3 jaar en 3 generaties kopvliegers uit voortkomen.

De 3^e van Jellema is misschien wel de beste investering die ik gedaan heb, en wel 2010-1140718 “Zoon Rika 718 “. Deze doffer is nu al een bewezen kweker die meerdere kopvliegers vererft bij Jellema op het hok. Ik kwam deze na Zwart Goud en Orion het meest tegen in de stambomen van Jellema nakomelingen. Hij is pas in April 2016 bij mij op het hok gekomen, maar de verwachtingen zijn hoog gespannen. Een mooie bijkomstigheid van hem is dat hij wat meer “ snelheid “ in zijn bloedlijnen heeft via duiven van Arie Dijkstra , dat maakt hem ook zeer geschikt voor duiven te kweken die naar de eenhoksraces gaan. Deze 3 zorgen dus voor de kweeklijn 3.

Deze 3 kweeklijnen wil ik in mijn kweekhok samen brengen en uiteindelijk als alles lukt kan men spreken van een stam of stamopbouw. Verder zijn er ook nog duiven van Benno Kastelein en Gerrit Veerman en Ijsbrand Kaptein, maar deze zijn allemaal verwant aan de 3 basislijnen. Dan zijn er nog de kruisingen voor de eenhoksraces , deze bestaan eigenlijk uit 1 stam en wel de Beerda duiven uit Ter Idzard. Deze man vloog in de jaren 1985 / 1995 ontzettend goed met deze doorgefokte Tournierstam van destijds. Door de jaren heen zijn deze duiven gebruikt als kruisings matriaal bij oa Jelle Jellema en Arie Dijkstra. De karakter eigenschappen zijn nog steeds aanwezig in bepaalde duiven van deze liefhebbers. Dijkstra heeft de Beerda duiven doorontwikkeld richting de eendaagse vluchten van 500 tot 800 km en Jellema richting de marathon en overnachting van 850 tot 1300 km. Ik zelf heb in 2013 6 duiven in Friesland gekocht die nog veel van het Beerda soort in zich hadden via Sjack Gerbens op advies van Nico van Veen. Hiermee heb ik tot 2016 gekweekt en jongen gespeeld op de eenhoksraces , met goed resultaat. De oude Beerda doffers van 2002 en 2005 en 2007 zijn dit jaar vervangen door hun zonen van 2015 en 2016 . De bloedlijnen zijn dus nog aanwezig en passen ook perfect op de duiven van Dijkstra en Jellema , wat verre familie van ze is

Ook voor mijn kweekvisie maak ik een update of evaluatie na 5 jaar, veel eerder kan men eigenlijk geen conclusies trekken als men overnacht of marathon duiven kweekt vind ik.

Om een marathon duif echt de kans te geven ben je zo maar 3 jaar kwijt om te zeggen of deze voldoet aan je gestelde eisen op jou hok.
In dit geval hadden we ook nog 2 Corona jaren , waarbij het 1e jaar 2020 enkele vluchten afvielen en 2021 er nog veel onzekerheden waren of de vluchten doorgang zouden vinden, wat uiteindelijk wel het geval was, maar waarbij bij mij op het hok althans de voorbereidingen en de motivatie van mijn kant niet optimaal waren, en zodoende maar aan 2 overnacht vluchten heb deelgenomen.

Ik zal proberen uit te leggen wat mijn bevindingen op mijn hok na 5 jaar waren en hoe ik daar vervolgens mee om ben gegaan.
• Ik ging uit van 3 basislijnen 5 jaar geleden , waarbij kweeklijn 1 voornamelijk uit Gebroeders Jacobs duiven bestond met als basis het koppel 04-1855621 x 05-1187619 ( Super Barca 621 x Golden Lady ) + Mont Ventoux + Barry Lijn.
• Lijn 2 waren van Detlef Devers en deze diende als kruising , dit waren slechts 2 duiven en ook nog broer en zus uit een koppeling van 2 Nationale winners in Duitsland van Devers.
• Lijn 3 waren hoofdzakelijk duiven met Jellema als basis, via Coen Brugman, Benno Kastelein, en Jellema rechtstreeks.

Na 5 jaar kweken selecteren en vliegen met de nakomelingen ( 50 per jaar incl. duiven die opgestuurd zijn naar diverse OLraces ivm testen onder zware omstandigheden ) moet ik concluderen, althans op mijn hok, zonder daarbij iemand te kort te doen, dat lijn 2 en 3 geen meerwaarde hebben gebracht.

Dat is ook de reden dat er op dit moment ( winter 2022 ) geen duiven van lijn 2 en 3 meer aanwezig zijn op mijn kweekhok.
Het is niet zo, dat deze lijnen compleet weg zijn uit de stambomen van mijn vliegers , maar voor de volgende 5 jaar zijn de basis duiven van lijn 2 en 3 niet meer aanwezig.

Lijn 1 was hier wel succesvol, en met deze lijn wordt verder gekweekt, en is zelfs wat uitgebreid met duiven van dezelfde bloedlijnen.
Ik ben meer en meer tot de conclusie gekomen dat, voor mij althans, duiven uit het “Betuwe koppel“ geweldig presteren, hier, maar ook op vele plaatsen in het land en bij veel verschillende liefhebbers. Dit koppel was van Gerrit Veerman en zijn van 2002 en 2003 Petertje x Agnes genaamd, inmiddels dus al 20 jaar geleden geboren in Bemmel bij Jan Peters.

Ik ben dus op zoek gegaan naar nieuwe duiven voor op het kweekhok om kweeklijn 1 aan te vullen en een andere goede bloedlijn, om tegen kweeklijn 1 te kruisen.

Hoe dit uitpakt kan ik je na 5 jaar weer vertellen , maar ik heb nogmaals wat duiven aangeschaft bij de Gebr. Jacobs en bij Ijsbrand Kaptein uit Akersloot die een paar jaar met Gerrit Veerman heeft samen gekweekt.

Ijsbrand heeft een goede lijn met voornamelijk Bruggeman en Muller duiven, maar samen met de nazaten van het Betuwekoppel van Veerman is zijn stam nog beter geworden en maakte hem verschillende jaren de te kloppen man in geheel Nederland.

Er zitten hier nu 4 rechtstreekse van Ijsbrand, alle 4 rechtstreeks uit zijn topduiven, en alle 4 nazaten van het Betuwekoppel. Verder zitten er nu 2 duiven die voor vers bloed moeten gaan zorgen op de bestaande lijn 1 , te weten 1 duivin van Batenburg v/d Merwe , zij is een dochter van Southfield Hugo 2 x 1e Nationaal in U.K op Perpignan en Barcelona x Special Narbonne dochter van The Special One en vloog een 2e nationaal Narbonne 2017 en 1 doffer van de Gebroeders Limburg , hij is een ingeteelde Super van Geel uit een kleinzoon Super van Geel ( vader van 2 nationale overwinnaars ) x de laatste rechtstreekse dochter van de Super van Geel.

Wel is me duidelijk geworden dat pedigrees voor kweekduiven wel van belang zijn om te zien welke genen er in die betreffende duif aanwezig zijn, maar belangrijker is dat deze duiven alles moeten hebben qua bouw en karakter om zich kweker te mogen noemen.

Te vaak heb ik gekweekt met duiven die op papier alles hadden , maar qua bouw en vitaliteit niet beter waren als mijn eigen duiven op het vlieghok , en toch ging ik ze inzetten als kweker omdat ze uit goede kwamen, een goede naam hadden, en veel gekost hadden.

Dat is eigenlijk de grootste fout over de laatste 5 jaar die ik gemaakt heb, nu koop ik meestal late jongen uit de beste van een liefhebber waar ik vertrouwen in heb, ik laat ze 1 jaar uitgroeien zonder er mee te kweken, het jaar daarop na de rui maak ik de beslissing om ze ook werkelijk toe te voegen aan het kweekhok , ze moeten dan qua bouw en uitstraling aan 101% zitten om te mogen overwinteren en door te gaan naar het kweekhok.
Over de laatste 2 jaar zijn er slechts 5 van de 10 blijven zitten, de afvallers worden niet opnieuw te koop aan geboden om nog wat geïnvesteerd geld terug te verdienen, maar verdwijnen richting poelier.

Verder ben ik de laatste 5 jaar meer en meer gaan geloven in Epi genetica.

Google deze term maar eens, op de site van Columbus Loft onder het hoofdstuk ei van columbus staat een begrijpelijke uitleg beschreven over wat Epi Genetica nu precies inhoud, het lezen waard !